De wereld veranderd en dat vraagt dat we mee gaan met de tijd. De regering heeft het Klimaatakkoord ondertekend en dat is niet vrijblijvend. In de voorbereiding op nadere acties wordt van gemeenten gevraagd via de zogenaamde Regionale Energie Strategie een bod op te geven voor zowel grootschalige opwekking van Zon op Land als wind op Land omdat dit de twee vormen zijn waarmee we op korte termijn een slag kunnen maken met oog op de gevraagde energie transitie. Voor Zon op Land zijn voor onze gemeente al kaders opgesteld. Voor wind op land nog niet. Dat is wel nodig om met elkaar helder te krijgen welke uitgangspunten en regels we willen hanteren. We kunnen er voor kiezen om niets te doen of in te zetten op 400 TJ wind om richting 2050 met een energiemix van andere vormen van energie ons doel te halen. Als we niets doen is de kans zeer reëel dat er vanuit hogere overheden via de Regionale Energie Strategie kaders, alsnog eisen worden opgelegd aan onze gemeente inzake grootschalige opwekking van wind. Hoe complex en lastig het vraagstuk ook is. Wij vinden als BGL dat we in die opgave ook zelf een stuk verantwoordelijkheid hebben te vervullen. We kunnen deze opgave niet alleen naar andere gebieden, gemeenschappen en toekomstige generaties doorschuiven. Uiteraard blijven we open staan voor alternatieven en is draagvlak voor ons essentieel. Lukt het ons om voor wind vanuit draagvlak in onze gemeenschap te realiseren dan is dat voor de energiemix een goede stap voorwaarts. De afgelopen Politieke Markt was een eerste stap in een dialoog die nodig is om met elkaar tot gedragen besluiten te komen. Er waren 10 bijdragen vanuit de samenleving voorafgaand aan de bespreking in de raad. Bijdragen vanuit diverse invalshoeken, belangen en voorkeuren. Een goede start voor een dialoog waar met respect naar elkaars standpunten wordt geluisterd.
Tijdens de bespreking van het beleidskader “Zon op Land” is het College gevraagd te komen met een beleidskader “Wind op Land”. Er ligt een stuk voor met drie scenario’s als denkrichting waarin ons gevraagd wordt om een advies te geven. Het uitgangspunt is dat we een energie neutrale gemeente willen worden richting 2050.
Windenergie kan in de benodigde energiemix een belangrijke bijdrage leveren. Berekend is dat de gemeente Steenwijkerland met 400TJ Wind op land dit doel kan halen. De scenario’s 1 en 2 gaan in op wind en illustreren dat 400 Tj kan worden opgewekt door 10 grote windmolens van 230 meter hoogte. Waarbij een voorkeur wordt aangeven voor clustering op 1 locatie. Het verschil tussen 1 en 2 zit in de financiële participatie. Scenario 2 gaat daarin verder dan 1 en heeft onze voorkeur.
Scenario 3 sluit wind uit en geeft aan wat alsnog nodig is om energieneutraal te worden.
De Hamvraag die over blijft voor BGL is: Willen we in ons streven een energie neutrale gemeenten te worden wel of niet op windenergie inzetten?
Wat ons betreft is ons antwoord ja. Want het alternatief is dat er anders nog meer Zon op Land moet worden gerealiseerd om deze ambitie te behalen.
Maar, wij zien de scenario’s 1 en 2 met beiden als uitgangspunt 10 grote molens op 1 locaties slechts als een illustratie om grip te krijgen op het begrip 400 TJ.
De kaartbeelden die deze twee scenario’s vergezellen maken duidelijk wat die wens (10 grote molens op 1 locatie) betekent voor het inperken van het zoekgebied voor wind in Steenwijkerland op basis van bestaande regelgeving. Er blijven dan nog maar een zeer beperkt aantal gebieden over.
Het College heeft de nabij gelegen kernen hierover geïnformeerd, op zich goed, maar dat was kort dag en het heeft de inwoners in de kernen onaangenaam verrast.
De reacties vanuit de kernen maakt duidelijk dat er tijd nodig is om mee te denken over kansen voor wind op land in samenhang met andere vormen van duurzame energie.
Wat ons betreft is windenergie in de gemeente Steenwijkerland niet alleen gebonden aan grote windmolens van 230 meter op 1 locatie. Juist ook andere kleinschaliger vormen van windenergie zijn in onze ogen wenselijk om als optie nader te verkennen. Draagvlak vanuit de samenleving bij zowel inwoners als bedrijfsleven voor windenergie is voor ons een belangrijk uitgangspunt. Wij zien die 400 TJ als een loffelijk streven richting 2050, maar als dat niet behaald wordt omdat het draagvlak ontbreekt is die 400 TJ niet heilig. Elke TJ windenergie die in de gemeente met draagvlak kan worden gerealiseerd is winst. Wat niet van de 400 TJ wordt behaald, kan worden ingewisseld voor andere alternatieve vormen van duurzame energie, met uitzondering van “Zon op Land”.
Wij gaan een motie vreemd aan de orde voor bereiden waarin wij het college volgens bovenstaande uitgangspunten vragen om Beleidskaders Wind op Land voor kleine windmolens vorm te geven.